Draadgierst
Panicum capillare

Draadgierst (Panicum capillare) is een eenjarige grassoort die oorspronkelijk uit Noord-Amerika komt. De plant kenmerkt zich door haar fijne, draadvormige bladeren en los vertakte, pluimvormige bloeiwijzen, die in de zomer en vroege herfst verschijnen. De bloeiwijze ziet er sierlijk uit doordat de kleine aartjes aan dunne steeltjes hangen, wat in oplichtend zonlicht een wolkerig schouwspel oplevert. Draadgierst kan tot 90 cm hoog worden en groeit vooral op open, droge, zandige bodems, zoals akkers, bouwterreinen en wegbermen. In Nederland komt het spontaan op, vooral op verstoorde bodems, en wordt het regelmatig als een lastig onkruid in akkerbouwgebieden ervaren. De zaden zijn klein en licht, waardoor ze gemakkelijk door wind worden verspreid. Hoewel draadgierst weinig toepassingen kent in siertuinen, wordt het soms gebruikt in wilde bloemenmengsels voor natuurlijke beplantingen of als een siergras in prairietuinen. Het heeft verder geen noemenswaardige waarde als voedergewas of voedselplant voor mensen, maar kan vogeltjes lokken die de zaden eten.

• Zaai draadgierst vanaf april tot juni, direct in de volle grond.
• Maak de grond fijn en egaliseer het zaaibed.
• Zaai de zaden oppervlakkig, op een diepte van ongeveer 0,5 cm.
• Houd een afstand van 20 cm tussen de zaden aan.
• Bedek licht met aarde en druk voorzichtig aan.
• Houd de grond vochtig totdat de zaden gekiemd zijn (meestal binnen 2-3 weken).