Gestreepte Witbol
Holcus lanatus

Gestreepte witbol is een zachte, harige grassoort die veel voorkomt in weilanden en bermen. De plant heeft grijsgroene bladeren en een sierlijke, witte tot purperige pluim. Ideaal voor insecten, verdraagt verschillende bodemsoorten en wordt vaak toegepast als gras in natuurlijke tuinen.

1 zakje zaden
~ 1 gram
Voeg nog toe voor
Je hebt momenteel
€ 5.00
Gratis verzending Gratis verzending
Wij doneren 1% omzet aan het klimaat Wij doneren 1% omzet aan het klimaat
Persoonlijke zaai-instructies Persoonlijke zaai-instructies

Eigenschappen

Hoogte icon
Hoogte
30 - 90 cm
Zonlicht icon
Zonlicht
volledige zon
halfschaduw
Kleur icon
Kleur
wit
paars
Grondtype icon
Grondtype
zand
klei
turf
lemig
leem
Zaaiperiode icon
Zaaiperiode
Maart
April
September
Oktober
Bloeiperiode icon
Bloeiperiode
Mei
Juni
Juli
Vochtbehoefte icon
Vochtbehoefte
vochtig
nat
Levensduur icon
Levensduur
vast
Bladtype icon
Bladtype
fijn
bladverliezend
Geschikt voor plaats icon
Geschikt voor plaats
tuin
berm of veldrand
natuurlijke tuin
voedselbos
Groeitypes icon
Groeitypes
borders
groepsbeplanting
bodembedekker
Gestreepte witbol (Holcus lanatus) is een overblijvend gras dat veel voorkomt in Nederland en behoort tot de grassenfamilie (Poaceae). Het gras wordt ongeveer 30 tot 100 cm hoog en heeft kenmerkende zachte, grijsgroene bladeren met vaak een licht zilverachtige glans. De stengels zijn vaak dicht behaard en voelen daardoor wollig aan. In de bloeiwijze, die van mei tot juli verschijnt, zijn de aartjes meestal paars-groen en komen voor in grote pluimen. De wortels zijn vezelig en oppervlakkig. Gestreepte witbol groeit op vochtige tot natte, voedselrijke gronden en wordt veel gevonden in weilanden, bermen en op ruigtes. Als siergras komt het nauwelijks in tuinen voor, maar het heeft ecologische waarde doordat het als waardplant dient voor diverse insecten. Echter, het is minder geschikt als veevoer vanwege het hoge gehalte aan graszadenharen en wordt vaak als onkruid beschouwd omdat het snel andere planten kan overgroeien.
  • Zaaiperiode: april tot juni.
  • Zaai de zaden direct op de gewenste plek in de volle grond.
  • Maak de grond los en verwijder onkruid.
  • Zaai de zaden oppervlakkig, bedek ze met een dun laagje aarde van ongeveer 0,5 cm diep.
  • Zorg voor een afstand van 20 cm tussen de zaden om verspreiding te voorkomen.
  • Houd de grond vochtig totdat de zaden zijn gekiemd.
Leer elke week een nieuwe inheemse plant kennen.