Kleine klaver
Trifolium dubium

Kleine klaver (Trifolium dubium) is een laagblijvende vlinderbloemige met kleine, gele bloemetjes. Ze verrijkt de bodem met stikstof en trekt bijen aan. Vaak te vinden op open graslanden en bermen. Geschikt voor natuurlijke tuinen en insectvriendelijke plekken.

1 zakje zaden
~ 1 gram
Voeg nog toe voor
Je hebt momenteel
€ 5.00
Gratis verzending Gratis verzending
Wij doneren 1% omzet aan het klimaat Wij doneren 1% omzet aan het klimaat
Persoonlijke zaai-instructies Persoonlijke zaai-instructies

Eigenschappen

Hoogte icon
Hoogte
5 - 15 cm
Zonlicht icon
Zonlicht
volledige zon
halfschaduw
Kleur icon
Kleur
geel
Grondtype icon
Grondtype
zand
klei
lemig
Zaaiperiode icon
Zaaiperiode
Maart
April
September
Bloeiperiode icon
Bloeiperiode
Mei
Juni
Juli
Augustus
September
Vochtbehoefte icon
Vochtbehoefte
droog
vochtig
Levensduur icon
Levensduur
jaarlijks
Bladtype icon
Bladtype
samengesteld
Geschikt voor plaats icon
Geschikt voor plaats
tuin
berm of veldrand
natuurlijke tuin
voedselbos
Groeitypes icon
Groeitypes
bodembedekker
groepsbeplanting
Kleine klaver (Trifolium dubium) is een eenjarige tot soms tweejarige plant uit de vlinderbloemenfamilie (Fabaceae). De plant wordt vaak niet hoger dan 15 cm en heeft kleine, gele bloemen die in compacte bolvormige hoofdjes staan. De bladeren zijn drietallig en vrij klein, typisch voor klaversoorten. Kleine klaver groeit op zonnige, voedselarme tot matig voedselrijke gronden, en is veel te vinden in graslanden, bermen en op open plekken in gazons. Het is een stikstofbindende plant, wat betekent dat ze de bodem kan verrijken. Hoewel de plant weinig sierwaarde heeft, wordt zij gewaardeerd door bijen vanwege de productie van nectar. Kleine klaver wordt soms gebruikt in wildbloemenmengsels voor biodiversiteit, maar is in gazons vaak minder geliefd omdat het als onkruid wordt beschouwd. In agrarische milieus kan kleine klaver worden gebruikt als groenbemester en als veevoer, zij het in beperkte mate.
  • Zaai kleine klaver vanaf maart tot mei of in september direct in de volle grond.
  • Maak de grond los en verwijder onkruid.
  • Zaai de zaden op een diepte van ongeveer 0,5 cm.
  • Houd een rijafstand van 10 cm aan en een afstand van 2-5 cm tussen de zaden binnen de rij.
  • Bedek de zaden licht met aarde en druk deze voorzichtig aan.
  • Geef na het zaaien voorzichtig water.
Leer elke week een nieuwe inheemse plant kennen.