Grote waterweegbree
Alisma plantago-aquatica

De Grote waterweegbree is een moerasplant met brede bladeren en open bloemen. Hij groeit aan waterkanten en ondiepe plekken. De opvallende witte bloemen trekken bijen, vlinders en andere insecten. Geschikt voor de watertuin of vijverrand. Ook inheemse plant in veel Nederlandse provincies.

1 zakje zaden
~ 6 gram
Voeg nog toe voor
Je hebt momenteel
€ 5.00
Gratis verzending Gratis verzending
Wij doneren 1% omzet aan het klimaat Wij doneren 1% omzet aan het klimaat
Persoonlijke zaai-instructies Persoonlijke zaai-instructies

Eigenschappen

Hoogte icon
Hoogte
40 - 100 cm
Zonlicht icon
Zonlicht
volledige zon
halfschaduw
Kleur icon
Kleur
wit
roze
Grondtype icon
Grondtype
klei
turf
lemig
leem
Zaaiperiode icon
Zaaiperiode
Maart
April
Mei
Bloeiperiode icon
Bloeiperiode
Juni
Juli
Augustus
Vochtbehoefte icon
Vochtbehoefte
nat
Levensduur icon
Levensduur
vast
Bladtype icon
Bladtype
enkelvoudig
Geschikt voor plaats icon
Geschikt voor plaats
tuin
berm of veldrand
natuurlijke tuin
Groeitypes icon
Groeitypes
borders
groepsbeplanting
De Grote waterweegbree (Alisma plantago-aquatica) is een meerjarige waterplant die veel voorkomt langs sloten, vijvers en meren in Nederland. De plant behoort tot de familie Alismataceae en kan een hoogte bereiken van 30 tot 100 cm. De bladeren zijn langwerpig tot eirond, met een duidelijk gesteeld blad. Ze groeien in een rozetvorm aan de basis van de plant. In de bloeiperiode, van juni tot september, verschijnen de kenmerkende bloeiwijzen: vertakte bloemstengels die talrijke kleine, bleekroze tot witte bloemen dragen. De bloemen hebben drie kroonbladen en zijn ongeveer een centimeter groot. Grote waterweegbree groeit het beste op natte tot drassige bodems en staat vaak met de wortels in het water. De wortelstok zorgt voor een stevige verankering in de bodem. Deze plant wordt vaak gebruikt in natuurlijke vijvers en moerastuinen vanwege zijn sierlijke uiterlijk en het bieden van schuilplaatsen voor waterdieren. Daarnaast dragen de bloemen bij aan de biodiversiteit doordat ze insecten aantrekken, zoals bijen en zweefvliegen. In de kruidengeneeskunde staat de plant bekend om zijn vochtafdrijvende eigenschappen, hoewel voorzichtigheid geboden is bij inwendig gebruik.
  • Zaai de zaden bij voorkeur in het voorjaar (maart-april), direct na de vorstperiode.
  • Kies een natte, drassige grond of een zaaibak met waterverzadigde potgrond.
  • Verspreid de zaden op het natte substraat. Bedek ze slechts licht (<0,5 cm) met een dun laagje grond of zand, want ze hebben licht nodig om te ontkiemen.
  • Houd een afstand van 20 cm tussen de zaden voor voldoende groeiruimte.
  • Houd de grond voortdurend nat tot aan de kieming, die meestal enkele weken duurt.
Leer elke week een nieuwe inheemse plant kennen.