Gevlekte aronskelk
Arum maculatum

Gevlekte aronskelk (Arum maculatum) is een vaste plant afkomstig uit Europa, waaronder Nederland. De plant wordt zo'n 30 tot 40 centimeter hoog en is te herkennen aan zijn opvallende, pijlvormige bladeren die vaak donkerpaarse tot zwarte vlekken hebben. In het voorjaar verschijnt de typische bloemenkolf (spadix), omgeven door een lichtgroene tot witgele schutblad (spatha). Later vormen zich felrode bessen die zeer giftig zijn voor mensen, maar vogels eten ze wel. De plant groeit in schaduwrijke, vochtige bossen en parken, vaak tussen het struikgewas. Behalve als bosplant wordt hij ook in schaduwrijke tuinen aangeplant omwille van zijn aparte uiterlijk en vroege bloei. De knol is eveneens giftig. Ondanks de toxiciteit kent de plant enige waarde als sierplant op schaduwrijke plekken, maar aanraking kan huidirritatie veroorzaken. Traditioneel bevat de wortelstokken zetmeel, maar consumptie wordt afgeraden vanwege de giftigheid. Inheemse fauna, zoals bepaalde insecten en vogels, weten de plant wel te waarderen. Gevlekte aronskelk is een opvallende, maar toch weinig toegepaste plant in Nederlandse tuinen.

• Zaai de gevlekte aronskelk (Arum maculatum) zaden in het najaar (oktober-november) direct buiten in de volle grond.
• Kies een plek in halfschaduw of schaduw met vochtige, humusrijke grond.
• Maak de grond los en verdeel de zaden met een afstand van ongeveer 15 cm tussen elk zaadje.
• Zaai de zaden oppervlakkig, ongeveer 1 cm diep in de grond.
• Bedek de zaden licht met wat aarde en geef voorzichtig water.
• Houd de grond vochtig, maar niet nat gedurende de kiemperiode.
• Zaailingen verschijnen meestal het volgende voorjaar.