Knolribzaad
Chaerophyllum bulbosum

Knolribzaad (Chaerophyllum bulbosum), ook wel bekend als knolvenkel, is een tweejarige plant uit de schermbloemenfamilie (Apiaceae). Deze plant bereikt een hoogte van 60 tot 120 cm en kenmerkt zich door fijn verdeelde bladeren en schermvormige witte bloemschermen, typisch voor de familie. Wat Knolribzaad bijzonder maakt, is de eetbare, ovale knol die zich onder de grond vormt. De knol smaakt lichtzoet en nootachtig en werd vroeger veel gegeten, voordat de aardappel zijn intrede deed. In de moderne keuken wordt de knol herontdekt als delicatesse, vooral in culinaire en biologische tuinen. Knolribzaad gedijt het beste op vochtige, goed doorlatende grond in de halfschaduw. Behalve vanwege de eetbare knol, wordt hij gewaardeerd door insecten zoals bijen en zweefvliegen die op de bloemen afkomen. De plant heeft niet de neiging om te woekeren en is zelden invasief. In de Nederlandse natuurlijke flora komt hij niet veel voor, maar hij wordt soms in moestuinen en permacultuurprojecten geteeld. Door de bijzondere smaak en de nostalgische waarde is het een interessante aanvulling voor liefhebbers van vergeten groenten.

• Zaai knolribzaad bij voorkeur in de herfst (oktober-november) of het vroege voorjaar (maart-april).
• De zaden hebben kou nodig om te ontkiemen (koude stratificatie).
• Zaai de zaden ongeveer 1 tot 1,5 cm diep in de grond.
• Houd een afstand van 25-30 cm tussen de zaden/plantgaten aan.
• Dek de zaden licht af met aarde en druk voorzichtig aan.
• Houd de grond vochtig, maar niet drassig tijdens de kiemperiode, die enkele weken tot maanden kan duren.
• Zaailingen kunnen na opkomst eventueel worden uitgedund tot 30 cm tussen elke plant.