Boswalstro
Galium sylvaticum

Boswalstro (Galium sylvaticum) is een inheemse vaste plant die voorkomt in bossen, bosranden en lichte loofbossen in Nederland. De plant behoort tot de sterbladigenfamilie (Rubiaceae) en kenmerkt zich door rechtopstaande stengels die tot 60 cm hoog worden. De bladeren zijn smal, lancetvormig en staan in kransen van 6 tot 8 rond de stengel. In de bloeitijd (juni tot augustus) verschijnen kleine, witte tot lichtgroene bloemen in losse pluimen. Boswalstro verspreidt een subtiele geur en trekt vlinders en andere insecten aan, wat hem aantrekkelijk maakt voor natuurlijke tuinen en wilde-bloemenweides. Hoewel de plant vooral gewaardeerd wordt vanwege zijn natuurlijke uitstraling en het bevorderen van biodiversiteit, wordt hij zelden in grote borders toegepast. Boswalstro heeft weinig verzorging nodig, groeit het liefst op vochtige, humusrijke gronden en verdraagt halfschaduw tot schaduw. Soms wordt de plant ook in kruidenmengsels voor natuurlijke tuinen gebruikt, maar in siertuinen is hij vrij zeldzaam.

• Zaai boswalstro-zaden bij voorkeur in het najaar (september-november) direct buiten, of van februari tot april binnenshuis.
• Maak de grond los en kies een vochtige, humusrijke plek in halfschaduw of schaduw.
• Zaai de zaden oppervlakkig: bedek ze met een zeer dun laagje grond van circa 0,2 cm, want ze hebben licht nodig om te kiemen.
• Hou een afstand van circa 20-25 cm tussen de zaden zodat jonge planten genoeg ruimte hebben.
• Houd de grond licht vochtig tot de zaden zijn ontkiemd (meestal na 2-4 weken).
• Wanneer de zaailingen groot genoeg zijn om te hanteren, kunnen ze eventueel worden uitgedund of verplant.